Clowns on Tour in Bosnië 1 Impressie van het land

Ja, daar zaten we dan, op woensdagmiddag, redelijk onverwacht, ergens in een dorpje in de buurt van Sanski Most, Bosnië-Herzegovina aan de verjaardagstaart van iemand die we drie dagen ervoor hadden leren kennen. Iets minder dan een week eerder waren we uit Nederland vertrokken. We troffen een prachtig land, met veel ongerepte natuur en veel vrolijk gekleurde nieuwe huizen. Een aanblik die hoop verschaft.

Maar veel van de natuur zal voorlopig zo goed als ongerept blijven, met dank aan de vele landmijnen die in de oerbossen geplaatst zijn. Mensen blijven er weg. Beren, vossen en herten leven er ongestoord, totdat ze de pech hebben een mijn tegen te komen. Binnenin de huizen trachten de bewoners hun leven zo goed als kwaad op te bouwen. Maar dat valt niet altijd mee. Er is geen werk en er zijn oude wonden. Toch lijkt vanaf de buitenkant alsof er nooit iets gebeurd is. Fiere moskeeën worden afgewisseld door vrolijk geschilderde kerken. Alleen de vele leegstaande fabrieken, een verlaten mijn, en diverse monumenten verraadden vervlogen tijden. Het gebied heeft onderdeel uitgemaakt van het Byzantijnse rijk, het Habsburgse rijk en communisme en oorlogen gekend.

We zitten die woensdagmiddag in de tuin naast zo’n nieuw huis in een prachtig omgeving. Heel veel groen en redelijk ongerept, zo schijnt. Alle huizen zijn er nieuw en sommigen zelfs deels nog in aanbouw. Het lijkt een lieflijk nieuw net gevestigd dorpje. Maar niets is minder waar, want enkele decennia geleden was hier nog een stad die volop activiteit kende. Onweerswolken trekken die middag over en wij, zeven clowns, een filmer en de Bosnische familie waar we op bezoek zijn, genieten van een heerlijk stuk taart. Van buitenaf een idyllisch tafereeltje. Maar de bewoners zullen nooit vergeten dat ze ooit hun land moesten ontvluchten en bij terugkomst slechts verkoolden resten van hun huis terugvonden. Hun nieuwe huis is gebouwd op de verwoeste fundamenten van het verleden. Onze gastvrouw en haar man mogen zich wat werk betreft gelukkig prijzen. Zij hebben werk. Hun ouders, die het onderste deel van het nieuwe huis bewonen, zijn minder gelukkig. Nog twee jaar werken voor recht op pensioen. Maar er is geen werk voor ze. De streek kent 50 – 75% werkloosheid. Dus blijft er niets anders over dan het verbouwen van groente in de kas en op het kleine stukje land naast het huis. En met elkaar te delen wat er is. De verhalen die we gehoord hadden, werden in deze achtertuin ineens levensecht.

Bij de meeste mensen die wij spraken (die allen tijdens de oorlog in Duitsland hadden gewoond), was de blik gericht op de toekomst. Niet omkijken, maar kijken naar wat er mogelijk is. Vooral onze hotelmanager was een zeer ondernemende man. En ook een genereus mens. Hij geeft veel weg, met als voorwaarde dat er gebruik gemaakt wordt van zijn giften. Dus het stuk land dat hij weggaf, moest wel bebouwd worden. We spraken kort over de oorlog en over Dutchbat. Over het schuldgevoel dat velen van hen droegen. Hij vond dit niet terecht. Degenen die de oorlog waren gestart, waren de enigen die de echte schuld droegen in zijn ogen. En voor hem ging het leven door. Om het land weer op te bouwen, moet er gewerkt worden. Volgens hem was er genoeg mogelijk, maar je moet het wel doen. Niet bij de pakken neer gaan zitten. Hij was dankbaar voor onze komst. Enerzijds voor wat wij iets voor zijn land wilden doen en anderzijds omdat hij ons een beeld van Bosnië kon schetsen dat voorbij de herinnering van de oorlog ging. Dit deed hij vol overgave en trok er zelfs nog een hele middag voor uit waarop hij ons op sleeptouw nam en wij een aantal hele mooie plekken te zien kregen en heerlijk traditioneel Bosnisch eten konden proeven.

Wij, Clowns on Tour hadden als doel verschil te maken in het leven van de kinderen, volwassenen en bejaarden die we tegen kwamen. Om even op aangename manier aanwezig te zijn in elkaars leven. Om zo elkaars sterke kanten te spiegelen. Om ons te herinneren dat wat er ook is, er altijd liefde, humor en verbinding kan zijn en dat we meer zijn dan onze wonden. En dat met de luchtigheid van een clown.

Een clown is in feite een levenskunstenaar. “Laat je een bal vallen, pak ‘m dan lachend weer op”, leerde Michael Fuchs ons tijdens een jongleerworkshop in Neurenberg op de heenweg. “Iedereen mag best zien dat je die bal hebt laten vallen, als je maar laat zien dat jij er ok, mee bent. Een clown kent geen falen”, vulde Lidion Zierikzee aan. “Hij ontdekt alleen maar.” En een ontdekkingsreis werd het. Niet alleen naar het land, zoals hier beschreven, maar ook naar de mensen die we tegenkwamen, elkaar en onszelf. Soms was het nodig om de vallende ballen ook even te benoemen naar elkaar. Daarvoor hielden we uitgebreide evaluaties, zodat we als team sterk bleven en er konden zijn voor de mensen voor wie we kwamen. Onze aanwezigheid voelde soms als druppels op een gloeiende plaat. Maar druppels gecombineerd met zonlicht geven soms regenbogen die nieuwe werelden openen, zoals Lidion Zierikzee de kinderen leerde in de Regenboogboomsessies die ze gaf. Maar hierover en over onze clownsactiviteiten meer in deel 2

 

Meer (en betere) foto’s zie website van fotograaf Simon Claassen (bovenstaande foto’s zijn gemaakt door mijzelf met mijn telefoon)

Clowns on Tour in Bosnië 2. Aan het werk als clowns

De eerste ochtend in Bosnië speelden we bij project Nada en Sana. Project Nada is een project waar kinderen met leerproblemen twee keer in de week terecht kunnen. De rest van de week gaan ze naar een normale school, waar ze veelal volledig buiten de boot vallen en soms zelfs niet eens in een klas zitten. We speelden voor en met de kinderen. Het eerste kind dat ik daar leerde kennen was Leyla, een autistisch meisje. We zagen hoe ze les kreeg en puzzels maakten en samen met de pedagoge tekeningen op het bord maakten. Daarna mocht ze naar buiten waar eerder die maand gearriveerde speeltoestellen stonden. Samen met een van de andere clowns nam ik de tijd om contact met haar te maken. Na enige tijd kwam ze naar ons toe om te spelen. Een paar jaar geleden was het nog onmogelijk om überhaupt contact met haar te maken. Project Nada had veel verschil weten te boeken. Samen hadden we veel pret en het was mooi om te ervaren hoe we steeds meer haar vertrouwen wonnen. Later in de week leidde dit voor mij nog tot een ontroerend afscheid. Ze gaf geen hand of knuffel zoals een aantal andere kinderen deed, maar ze zette me mijn neus, die tot dat moment om mijn nek hing, op mijn neus en drukte er een paar keer op.

 

Naast project Nada bevindt zich project Sana. Dit is een kleinschalig bejaardentehuis. Een nieuw en vriendelijk uitziend bejaardentehuis waar iedere kamer door twee bejaarden gedeeld worden. De meesten zijn nog mobiel en een aantal is flink dementerend. Er wordt liefdevol voor ze gezorgd. We speelden voor en met ze en Lidion en Hans, die al een aantal malen eerder waren geweest, werden soms met tranen in de ogen van blijdschap begroet. Overigens vloog een aantal kinderen van project Nada ze ook in de armen. Op vrijdag, toen we weer afscheid namen van beide projecten, tikte een van de bejaarden op de raam, zwaaide en bleef kushandjes geven. Voor mij een teken dat we veel betekend hadden.

We hadden voor we vertrokken een korte voorstelling ontwikkeld die we verschillende malen en op verschillende plekken opvoerden. De eerste keer onderweg in Kroatië voor kinderen met downsyndroom. Dat werd een groot succes wat we voor herhaling vatbaar vonden. Dit gaf ons de gelegenheid nog een paar extra schoolbezoeken in te lassen, doordat we dan niet een hele ochtend aanwezig hoefden te zijn. In Bosnië gaan alle kinderen naar dezelfde school. Kinderen met leerproblemen hebben pech, die zijn aanwezig, maar krijgen niet de aandacht die ze nodig hebben. In sommige gevallen, zaten ze niet eens meer in een klas. Een aantal van hen hadden we leren kennen via project Nada. Ze glommen van trots wanneer ze door ons werden begroet en aan de medeleerlingen konden laten zien dat zij door ons serieus werden genomen.

Foto Simon Claassen

 

 

Naast de show gaven we ook workshops. De in deel 1 genoemde Michael Fugs had ons een spoedcursus jongleren gegeven en hij had voor ons dozen met jongleermateriaal geregeld die we aan de kinderen konden uitdelen. Zo konden we werken met ballen, sjaaltjes, diabolo’s en bordjes op stokjes. Voor de kinderen genoeg reden voor grote pret. Tijdens die uurtjes bleken de groepsgenoten met didactische kennis en een jong en knap voorkomen of meer clownservaring wel in het voordeel te zijn, maar ik vond dan mijn rol bij de kinderen die buiten de groep vielen, die ik met veel inzet en geduld toch ook een leuke middag of ochtend bezorgde door met ze te spelen of ze een-op-een wat bij te leren, of ze iets te geven waar ze wel mee konden spelen. Het kan soms heel eenvoudig zijn om verschil te maken. De gelukzalige blik in de ogen van het verwaarloosde jongetje dat ik even over zijn hoofd had geaaid, zal ik niet snel vergeten.

Daarnaast verzorgde Lidion nog sessies met de methodiek van stichting de Regenboogboom. De leraar werd gevraagd per kind te benoemen waar ze goed in waren. Zo zat aan het eind van het rondje de hele groep fier rechtop in zijn of haar stoel. Met behulp van een vertaalster leerde ze daarna de kinderen over de plek die ze kunnen creëren waar ze altijd bijzonder zijn. Een plek waar ze weer kunnen opladen en hun innerlijke kracht kunnen hervinden. Ter ondersteuning ontvingen ze er droomdekentjes bij en regenboogkristallen, om het effect van de sessie te verduurzamen.

De laatste ochtend brachten we een bezoek aan een schooltje vlak bij ons hotel en gingen we in duo’s de klassen in om al improviserend met de kinderen te spelen. Hier hadden we in de training veel aandacht aan besteed en na zo’n volle week was het heerlijk om in tweetallen lekker de klassen op stelten te mogen zetten. De eerste keer was het nog een beetje zoeken, maar de tweede keer zat ik er helemaal in en was het grote pret. Ieder kind kreeg even een momentje van bijzondere aandacht en we namen de klas als groep mee. Heerlijk om al die pretoogjes van de kinderen te zien, boven de net opgezette clownsneuzen. Dat was echt een feestelijke afsluiting van een zeer volle week.

Die middag kropen we, na afscheid te hebben genomen van de medewerkers van project Nada en Sana en de tot tranen toe geroerde hoteleigenaar (waarbij we zelf ook een traantje wegpinkte), weer met z’n achten in onze twee auto’s richting ons hotel in Kroatië en de dagen erna via Neurenberg terug naar Nederland. Boordevol indrukken en zowel individueel en als groep veranderd. En allemaal een beetje verliefd op Bosnië en haar inwoners voor zover we die ontmoet hebben. Als het aan ons ligt, keren we terug.   Met veel dank aan alle sponsors die deze reis mogelijk hebben gemaakt!

Hierbij nog een verhaal over mijn hoogtepunten in Bosnië dat ik aan het eind van het jaar schreef op de website Mijn Moment.